Startpagina Recht

Wie kan het landbouwbedrijf overnemen: de weduwnaar of de kinderen?

Kan ik gedwongen worden het landbouwbedrijf aan mijn stiefzoon over te laten? Ik zou immers liefst zelf het bedrijf verder uitbaten en het later overlaten aan onze gemeenschappelijke zoon. Wat staat mij te doen?

Leestijd : 4 min

O ngevee r een jaar geleden is mijn vrouw, met wie ik samen een landbouwbedrijf uitbaatte, overleden. Samen waren we ook eigenaar van onze boerderij en verschillende percelen landbouwgrond. Mijn vrouw had reeds twee kinderen uit een eerder huwelijk, toen haar eerste man overleed. Samen hebben wij ook nog één kind. Eén van de twee kinderen uit het eerste huwelijk van mijn vrouw wil nu dat het landbouwbedrijf aan hem wordt toegewezen. Hij baseert zich hiervoor op de zogenaamde erfregeling in de landbouw.”

Wet erfregeling landbouwbedrijven

De erfregeling in de landbouw waarnaar uw stiefzoon verwijst is ongetwijfeld de Wet van 29 augustus 1988 op de erfregeling inzake landbouwbedrijven met het oog op het bevorderen van de continuïteit.

Krachtens artikel 1 van deze wet “heeft ieder van de erfgenamen in de rechte nederdalende lijn, wanneer een nalatenschap voor het geheel of voor een deel een landbouwbedrijf bevat, het recht van overname naar schatting van de roerende en onroerende goederen die behoren tot het landbouwbedrijf”. Voor de toepassing van deze wet moet onder “landbouwbedrijf” worden verstaan “het geheel van de roerende en onroerende goederen bestemd voor iedere activiteit, grondgebonden of niet, die betrekking heeft op de akkerbouw, de veeteelt, de pluimveeteelt, de groenteteelt, de fruitteelt, de viskwekerij, de bijenkweek, de druiventeelt, de bloementeelt, de sierplantenteelt, de teelt van zaad- en pootgoed, de boomkwekerijen evenals de productie van kerstbomen”. Derhalve vallen alleen bedrijven met een productieactiviteit onder toepassing van de wet. Aangezien wij uit uw brief kunnen afleiden dat het bedrijf nog altijd wordt geëxploiteerd, zal deze wet principieel dus van toepassing zijn.

Aan de langstlevende echtgenoot werd op grond van de Wet op de erfregeling inzake landbouwbedrijven geen recht van overname toegekend.

Het recht op overname van de afstammelingen geldt wel onverminderd de bepalingen van het Burgerlijk Wetboek die de rechten van de langstlevende echtgenoot en van de langstlevende wettelijk samenwonende vastleggen. Dit wil zeggen dat ook de rechten van de langstlevende echtgenoot blijven gelden.

Preferentiële toewijzing echtgenoot

Eén van de rechten die de langstlevende erfgenaam heeft, wordt omschreven in art. 1446 Burgerlijk Wetboek dat stelt dat ingeval het wettelijk stelsel eindigt door het overlijden van één van de echtgenoten, de langstlevende, tegen oplegging indien daartoe grond bestaat, zich bij voorrang één van de onroerende goederen die tot gezinswoning dient, samen met het aldaar aanwezige huisraad, en het onroerend goed dat dient voor de uitoefening van zijn beroep, samen met de roerende zaken die aldaar aanwezig zijn voor beroepsdoeleinden kan doen toewijzen.

Met andere woorden beschikt ook de langstlevende echtgenoot op een soort recht van overname, dat door de wetgever een preferentiële (bevoorrechte) toewijzing werd genoemd.

Er is geen preferentiële toewijzing mogelijk voor goederen die behoren tot het eigen vermogen van één der voormalige echtgenoten. Met andere woorden, indien in uw geval bepaalde goederen van uw overleden echtgenote uitsluitend aan haar toebehoorden, kunt u niet vorderen dat deze goederen aan u worden toegewezen.

Langstlevende echtgenoot krijgt de voorrang

Beide wetgevingen in acht genomen beschikt zowel u als langstlevende echtgenoot als uw stiefzoon als erfgenaam in de rechte nederdalende lijn over een mogelijkheid om het landbouwbedrijf toegewezen te krijgen of over te nemen. In beide geval zal er tegen de verwerving van het landbouwbedrijf een vergoeding staan.

Wanneer zowel een langstlevende echtgenoot als een erfgenaam in neerdalende lijn aanspraak maken op de toewijzing of overname van het landbouwbedrijf, lijkt het ons dat de langstlevende echtgenoot de voorrang zal krijgen. De reden hiervoor is eigenlijk logisch en simpel. Vooraleer immers de nalatenschap van de eerst overleden echtgenoot kan worden vereffend en verdeeld moet eerst het huwelijksvermogen tussen beide echtgenoten worden vereffend en verdeeld. De aanspraak van de langstlevende echtgenoot tot preferentiële toewijzing past precies in die eerste fase, terwijl de erfgenaam in de neerdalende lijn zijn of haar recht op overname maar kan laten gelden in de tweede fase. Met andere woorden zal de langstlevende echtgenoot zijn preferentiële toewijzing reeds verkrijgen vooraleer de erfgenaam in neerdalende lijn nog maar de kans krijgt zijn recht op overname in te roepen.

Het lijkt ons aangewezen dat u probeert samen met alle kinderen van uw overleden echtgenote en met behulp van een notaris tot een vereffening – verdeling over te gaan waarbij u op basis van uw recht op preferentiële toewijzing het landbouwbedrijf zult kunnen toegewezen krijgen. Wanneer dit niet in der minne lukt, zult u niet anders kunnen dan de erfgenamen van uw overleden echtgenote te dagvaarden in gerechtelijke vereffening – verdeling.

Pas gestemd: anti-witwaswet

In de plenaire vergadering van het federaal parlement van 20 juli 2017 werd het wetsontwerp tot voorkoming van het witwassen van geld en de financiering van terrorisme en tot beperking van het gebruik van contant geld goedgekeurd.

Eén van de vele bepalingen brengt met zich mee dat het de notarissen wordt verboden om betalingen per cheque uit te voeren of te ontvangen. Het gebruik van cheques in het notariaat wordt dus volledig afgeschaft. Betalingen zullen moeten worden uitgevoerd met bijvoorbeeld bankkaart of overschrijvingen. Het bewijs van de overschrijving moet steeds door de ene aan de andere notaris gegeven worden. In het kader van de antiwitwaswetgeving was het eerder al verboden om aankopen van onroerende goederen met cash geld te betalen.

Wij herinneren er overigens aan dat de vastgoedmakelaars en de notarissen die vaststellen dat er een betaling werd verricht op een andere manier dan door een overschrijving of door een cheque, hiervan al ruim 10 jaar melding moesten maken aan de Cel voor Financiële Informatieverwerking, zowel wanneer de betaling is gebeurd in hun aanwezigheid als in hun afwezigheid.

Lees ook in Recht

Omgevingsvergunningsprocedure wordt vereenvoudigd

Recht Vlaams minister van Omgeving Zuhal Demir (N-VA) wil de omgevingsvergunningsprocedures drastisch vereenvoudigen tot één basisprocedure. Ook het milieueffectenrapport mag voor haar een heel stuk eenvoudiger worden.
Meer artikelen bekijken