Startpagina Bieten

Onkruid in bieten: na wegvallen herbiciden toch goede alternatieven voorhanden

Het gamma herbiciden in de suikerbietenteelt wordt alsmaar kleiner. Europa verbood nog recent de middelen op basis van chloridazon en op desmedifam. Eén van de alternatievemogelijkheden is het Conviso Smart systeem. Het Koninklijk Belgisch Instituut tot Verbetering van de Biet (KBIVB) testte het voor de bietenteler uit en achtte het beloftevol bij een goede uitvoering. “Het is een erg technisch middel, we moeten er mee leren werken”, klonk het. Door de grote druk op middelen dringt ook de mechanische onkruidbestrijding, zoals schoffelen, zich op in het FAR-systeem.

Leestijd : 6 min

Het probleem van het aantal wegvallende middelen is ondertussen een trend geworden. Het is ook een trend die niet snel zal stoppen. Ook de suikerbietenteelt komt er niet onderuit. Voor de middelen met desmedifam is het sowieso einde verhaal. De actieve stof voldoet niet langer aan de strenge Europese normen en het gebruik is verboden vanaf 30 juni 2020. Dat betekent wel dat niet minder dan 13 middelen, van Betanal Elite tot en met Triade, voorgoed van het veld verdwijnen. Verder is de toelating van de actieve stof chloridazon niet meer verlengd, waardoor nog eens 7 producten zullen verdwijnen. Tot 30 juni 2020 kan het nog op de markt worden gebracht, en tot 30 juni 2021 is het gebruik nog toegelaten. Het KBIVB is er zich duidelijk van bewust dat alternatieven nu wel dringend op de markt moeten komen, en test ondertussen mogelijke alternatieven.

Hoop voor fenmedifam en Avadex

Toch zijn er nog enkele lichtpuntjes in de onkruidbestrijding bij suikerbieten. Betanal bijvoorbeeld, stond onder druk bij de herziening op Europees niveau, maar blijkt volgens het ECHA (het Europees Agentschap voor chemische stoffen) toch niet carcinogeen/reprotoxisch te zijn. “Als nu op tijd positieve data aangeleverd wordt over het feit dat de actieve stof geen hormoonverstorende eigenschappen heeft, dan heb ik een goed oog op de verlenging van de toelating”, vertelt Wetenschappelijk directeur van het KBIVB, Barbara Manderyck.

Voor Avadex is het een lichtjes ander verhaal. Voor het middel Avadex 480 EC is het ‘over and out’, met een gebruik tot 30 juni 2021. Gowan gaf echter wel te kennen dat de EC-formulering wordt vervangen door een CS formulering, met een mogelijke lancering van het product in 2024. “Het probleem is dat in de tussentijd 2021-2024 er geen voor zaai toepassingen op de markt zijn tegen resistente duist”, waarschuwt Manderyck.

Conviso Smart als nieuwkomer

Met de zaai in zicht, komt Conviso Smart, beloftevol in de kijker staan. Het product is een combinatie van een doos KWS Smart Seeds en de herbicide Conviso One, een ALS-remmer. Het zaad is dus logischerwijs ALS-tolerant, maar kent volgens KWS ook een goede selectiviteit ten aanzien van Conviso One en is ook tolerant voor nematoden. Nadeel is echter de gevoeligheid voor cercospora.

KWS gaf het zaad ook een paars binnenkleurtje mee, zodat het goed te onderscheiden is van het normale KWS zaad dat grijs is vanbinnen. Ook de oranje doos zal een groen accent hebben om het verschil te duiden. “Dat verschil is nodig, want het gewone KWS zaad mag nooit gebruikt worden samen met KWS Smart zaad. Conviso One doodt de klassieke bietenplanten af, aangezien die niet ALS-tolerant zijn. Zorg dus dat beide types zaden nooit vermengd worden in de zaaimachine. Wissel je van veld zorg dan dat de zaaischijven volledig geleegd worden. Voor diezelfde reden moet men ook voorzichtig zijn bij andere teelten. Vermijdt drift en reinig uw spuittoestel grondig na het gebruik van Conviso One, , waarschuwt Manderyck.

Conviso Smart zal slechts kleinschalig worden geïntroduceerd in 2020. “Het is een zeldzame innovatie in de onkruidbestrijding in bieten, maar we zullen moeten wennen aan het gebruik ervan”, geeft Manderyck mee. “Het is een erg technisch product en het zal oordeelkundig moeten worden ingezet in samenwerking met adviseurs. Het systeem is zeer gevoelig voor resistentieselectie in de onkruidpopulaties. Vandaar ook het belang om mengpartners in te zetten. We willen een duurzaam gebruik op lange termijn realiseren.”

Het Conviso Smartsysteem moet altijd worden gecombineerd met partners.
Het Conviso Smartsysteem moet altijd worden gecombineerd met partners. - Foto: TD

Tragere werking, zelfde suikeropbrengst

Actieve stoffen in Conviso One zijn foramsulfuron, dat vooral een bladwerking heeft, en thiencarbazone-methyl, dat naast een bladwerking voornamelijk via de bodem werkt. Zoals de meest ALS-herbiciden, moeten bietentelers ook hier rekening houden met de trage werking. Twee dagen na de behandeling is de groei van de onkruiden gestopt, na 5 dagen is er een lichte geelverkleuring te zien en pas na 3 weken is het onkruid afgestorven. Ook de nawerking hangt af van de weers- en veldomstandigheden. De slechtste nawerking kan men verwachten bij een hoog organische stof gehalte, een zeer lage of zeer hoge temperatuur en droge omstandigheden.

Of het veel beter werkt ten opzichte van het klassieke FAR-systeem is de Wetenschappelijk directeur duidelijk: “Uit onze proeven blijkt dat de suikeropbrengst bij gebruik van Conviso Smart gelijkaardig zijn als bij het FAR-systeem. Het is echter wel gemakkelijk dat slechts 2 toepassingen voldoende zijn bij Conviso Smart, bij het FAR-systeem zijn tot 5 behandelingen nodig.

Technisch uitdagend product

Conviso Smart is niet het gemakkelijkste product om te gebruiken. Het KBIVB raadt een gesplitste toepassing aan. Het product is toegelaten aan 1l/ha, maar wordt dus best 2 keer toegediend aan 0,5l/ha. “We hebben getest aan 1l/ha, met olie en partnerproducten. De uitkomst is echter te onzeker om dit aan te raden.”

Net als bij het FAR-systeem is ook een juiste timing cruciaal, maar wel moeilijk in te schatten. “Is het te droog weer en te koud of te warm, dan werkt het product niet”, waarschuwt ze. De te respecteren leidraad voor te starten met behandelen is dat het onkruid (melganzevoet, melde, grote ereprijs) in 2- max. enkele in het 4 bladstadium staat. Merk je een groter aandeel van te grote onkruiden, moet de dosis van partner “Betanal” aangepast worden van 1l/ha naar 2l/ha.

Partnermiddelen verplicht

Conviso Smart kent een breed werkingsspectrum. Het werkt zeer efficiënt naar de meeste tweezaadlobbige onkruiden en grassen, maar de werking is niet perfect en ook heel anders dan het FAR-systeem. Bij het FAR-systeem was de bestrijding van hondspeterselie, uitstaande melde, gevlekte scheerling en melganzevoet moeilijk. Dat wordt makkelijker met het Conviso-systeem. Het is ook zeer geschikt voor gebruik tegen kruisbloemigen zoals mosterd en koolzaad. Het kan bovendien kleine distels en bij aardappelopslag kleine aardappelen afdoden. “Bij grotere distels en grotere aardappelen treedt er remming op, geen afdoding”, geeft ze mee.

Echter, belangrijk op te merken is dat gemakkelijk te bestrijden onkruiden met het FAR-systeem soms moeilijker te bestrijden zijn met Conviso Smart. Dit is bijvoorbeeld het geval bij zwarte nachtschade en bingelkruid, door de kans op nakieming.

“Om alle onkruiden mee te hebben, is het wettelijk verplicht om Conviso One te combineren met een herbicide zonder het ALS-werkingsmechanisme”, drukt Manderyck ons op het hart. “Zeker bij de aanwezigheid van ALS-resistente onkruiden, zoals bij onder andere duist, windhalm, klaproos, kamille, klein kruiskruid en vogelmuur, zijn extra partners nodig. De partners moeten ook worden ingezet om verdere resistentieselectie te voorkomen, bijvoorbeeld bij melganzevoet. We zagen ook in de proeven dat het gebruik van partners de werking naar ereprijs-soorten enorm verhoogt.”

Pas op met wilde bieten

De klassieke wilde biet, ook wel schieter genoemd, kan ook worden aangepakt met Conviso Smart. Enige alertheid is wel vereist bij het schieten van de Smart-biet. Vanwege zijn ALS-tolerantie kan die problemen veroorzaken in andere teelten waar gewone schieters nu bestreden worden met ALS herbiciden. “Daarom heerst een volledige nultolerantie tegen Smart-bieten-schieters”, vertelt de Wetenschappelijk directeur. “Moesten ze schieten, verwijder ze manueel. En is er opslag van Smart bieten in andere teelten gebruik dan een niet-ALS herbicide in deze teelten.”

En mechanische alternatieven?

Het is mogelijk om chemische en mechanische onkruidbestrijding te combineren. Een schoffeldoorgang kan perfect geïntegreerd worden in een FAR-systeem. Zo kan je na 3 FAR-behandelingen een schoffeldoorgang introduceren gevolgd door afspuiten met een laatste FAR-behandeling. Dit bleek even efficiënt als het normale FAR-systeem met 5 behandelingen, en qua kostprijs ongeveer hetzelfde. Voordeel is dat ook resistente onkruiden worden aangepakt. Schoffelen heeft bovendien potentieel in jaren waarbij herbiciden minder goed werken, zoals in koude en schrale jaren. Om de efficiëntie in de rij te verhogen kunnen vingerwieders worden gemonteerd.

Een andere optie is het gebruik van een chemische schoffel of desherbineuse. Hierbij wordt in de rij chemisch behandeld, en tussen de rijen mechanisch behandeld. Dit kan zorgen voor een besparing op herbiciden van wel 70%. Je kan kiezen om 2 doppen in een hoek te plaatsen om 1 rij te bespuiten, maar uit een KBIVB-proef bleek dat 1 dop centraal boven de rij even goede resultaten levert. Die laatste is bovendien gemakkelijker af te stellen in de praktijk. Aangezien deze optie in het algemeen duurder is dan schoffelen in een FAR-systeem, is het gebruik van een rijenspuit in deze hoedanigheid enkel interessant bij het gebruik van erg dure herbiciden of wanneer de dosis beperkt is.

Marlies Vleugels

Lees ook in Bieten

Meer artikelen bekijken