Tijdens de studiedag van het Departement Landbouw werd duidelijk dat het telen van bieten een zekere alertheid vereist. De problemen waarmee bietentelers te maken krijgen, zijn niet min. Barbara Manderyck en Françoise Vancutsem van het Koninklijk Belgisch Instituut tot Verbetering van de Biet (KBIVB) vertellen over de blad- en wortelziekten en onkruiden waar bietentelers mee te maken krijgen. Cercospora en Aphanomyces spanden de kroon in 2016. Qua onkruiden is het oppassen geblazen voor warkruid, knolcyperus en resistente uitstaande melde.
Cercospora...
In 2014 kenden we heel veel bladziekten, waaronder veel Cercospora: de ziekte was al vroeg in het seizoen aanwezig, maar steeg explosief midden augustus. In 2015 werd het een iets beter jaar, met minder ziekten. Hierdoor, in combinatie met zachte winters, kon dus verwacht worden dat er veel overlevende sporen in het milieu waren.
Die sporen zijn vaak afkomstig van het perceel zelf, in de bladresten van bieten. Ze kunnen ook overgewaaid zijn van andere percelen.
... in 2016
Cercospora was in 2016 al vroeg in het seizoen aanwezig, maar kende ook een sterke ontwikkeling laat in het seizoen. Het was bijna enkel cercospora dat de klok sloeg, want andere ziekten waren weinig aanwezig. Dit is te verklaren doordat cercospora zich als een vis in het water voelt bij de hogere temperaturen, rond 25-30°C. Komt daar nog een hoge luchtvochtigheid in het gewas bij, dan zal cercospora sterk ontwikkelen. Dat is nu net het weer dat we vorig jaar kregen.
De zomer is ingegaan na de natste juni sinds lange tijd: de bodems zaten vol vocht, met een erg nat gewas tot gevolg. Tussen 9 en 12 juli waren de eerste symptomen al zichtbaar. Rond 18 juli had 14% van de percelen de drempel bereikt. Door de hittegolf rond 21 juli, was dat een week later al 50%. Begin augustus hadden alle velden de drempel bereikt. En dan, ongezien voor België, bereikten rond 20 augustus 72% van de velden de spuitdrempel voor de tweede keer.
Ook begin september waren de temperaturen uitermate hoog. Telers konden vaak niet anders dan een derde keer fungiciden te gebruiken voor de laat te rooien percelen.
... tegengaan
Verder spelen nog andere factoren dan temperatuur en vochtigheid in het gewas, een rol bij de ziekteontwikkeling, namelijk het ras, de rotatie, fungicidegebruik, grondbewerking en locatie.
Een lange rotatie is aangewezen voor de bietenteelt. Algemeen is een rotatie van 1 op 3 een minimum (vb biet-tarwe-gerst). Zo krijgt het opgebouwd aantal sporen aan het einde van de bietenteelt tijdens de volgende twee teelten tijd om af te breken.
Bodembewerking kan ook een positief effect hebben op de gezondheid van uw gewas. In plaats van direct bieten in te zaaien, kan het nuttig zijn om eerst je bodem te bewerken met een triltand, rotoreg of andere machines. Bij onderwerking van bladeren met Cercospora, of de overgewaaide sporen, wordt de overlevingskans van de sporen een stuk kleiner. Bij een normale winter wordt verwacht dat de sporen na drie jaar dood zijn.
Ook de locatie van het perceel bepaalt de kans op ziekteontwikkeling. Zo blijft dauw langer op het gewas wanneer het veld door een bomenrij wordt omringd en dus beschermd. Ook in een (rivier)vallei zal een perceel natter staan.
Fungiciden tegen cercospora
Bij fungicidegebruik zijn er drie dingen belangrijk. Allereerst is er het
Verder moet steeds de volle dosis worden toepast. Het gebruik van een lagere dosis heeft een verminderde werkzaamheid en kortere nawerking tot gevolg. Behandelen gebeurt best bij het bereiken van de spuitdrempel na waarnemingen in het gewas. Preventief spuiten is niet aangeraden omdat dan de fungicide al uitgewerkt of verzwakt kan zijn nog voor de ziekte zich volledig ontwikkelt. Ten slotte is spuiten niet aangewezen in het midden van de dag, op verwelkte of op nat geregende bieten.
Wortelrot
Wortelrot kan het gevolg zijn van veel uiteenlopende factoren. In 2016 was de oorzaak vooral de bodemschimmel Aphanomyces, ‘droogrot’ genoemd. Opmerkelijk, want de ziekte was in geen 25 jaar, in die mate, meer gespot in de velden. Door de zware regenval in juni en de structuurproblemen verstikte het wortelsysteem onvermijdelijk en hierdoor kon er een laattijdige infectie met Aphanomyces plaatsvinden
In het kiemplantstadium wordt de ziekte ‘wortelbrand’ of ‘afdraaiers’ genoemd. Fungiciden in de omhulling van het bietenzaad moeten dit voorkomen.
Aphanomyces blijft oppervlakkig, maar kan ernstige vervormingen door insnoering veroorzaken. Dit leidt tot een opbrengstverlies en vaak wortelbreuk bij het rooien. De kwaliteit van de biet blijft echter wel goed, omdat de schimmel niet diep binnendringt. Tijdens de teelt is bestrijding niet mogelijk. Het komt er wel op neer om de pH van de bodem te corrigeren door bekalking. Ook de bodemstructuur en drainage moet worden verbeterd.
Bruinwortelrot
Andere soorten wortelrot die in België frequenter voorkomen zijn bruinwortelrot en violetrot, die beide worden veroorzaakt door Rhizoctonia soorten. Bruinwortelrot is de meest frequente wortelziekte, die vooral gevonden wordt in gemengde bedrijven met maïs en raaigras in de rotatie en waar regelmatig organisch materiaal verspreid wordt. Bodemstructuur en verdichting spelen een belangrijke rol in het voorkomen van de ziekte. Ook een korte rotatie is een bepalende factor.
Je kan de ziekte herkennen doordat de bladeren verkleuren en van buiten naar binnen verwelken. Ter hoogte van de kop zijn vlekken of rot te zien. De rotte zones hebben een bruin tot zwarte kleur. De vlekken zijn al zichtbaar vanaf eind juni. In tegenstelling tot Aphanomyces, boet de biet ook in kwaliteit in, naast opbrengstvermindering. Door gele mosterd of bladrammenas te zaaien, werk je de ziekte al tegen. Verder is het nuttig om te kiezen voor een dubbel tolerant ras, tegen rhizomanie en rhizoctonia.
Violetrot
Violetrot kan men herkennen aan de paarsachtige vervilting op de bietenkop ter hoogte van het contact met de grond. Bij een sterke aantasting ontstaan oppervlakkige bruinrode zones. Factoren die violetrot in de hand werken zijn een neutrale tot hoge bodemzuurtegraad. Hoewel de verrotting oppervlakkig blijft, zal de biet bij bewaring wel lijden onder de ontwikkeling van secundaire schimmels. De ziekte kan onder andere worden tegengegaan door een vroege oogst. Hoewel er voor bruinwortelrot resistente rassen bestaan, zijn die er niet voor violetrot.
Stengelaaltjes
Abiotische factoren
Warkruid
Uitstaande melde en melganzevoet
Knolcyperus en fluweelblad
KBIVB volgt vanaf eind juni een netwerk van percelen op in de bietenstreek, en doen waarnemingen naar bladziekten toe. Het resultaat van die waarnemingen wordt naar de bietentelers gecommuniceerd, dus ook wanneer er symptomen zijn van ziekte. Dan is het aangeraden dat ook de bietenteler zijn velden inspecteert op ziekten. Elk perceel is echter anders: het is mogelijk dat de spuitdrempel niet bereikt is in de ‘algemene situatie’, maar wel op uw perceel, en vice versa.
Stap 1. Kies voor een resistent ras
Stap 2. Doe waarnemingen op uw perceel
Volg de waarschuwingsdienst www.irbab-kbivb.be
Pluk 100 bladeren, steeds uit de middelste bladkroon van de biet en bepaal zo de spuitdrempel.
Stap 3. Behandel met het goede product aan de volle dosis
Stap 4. Bij hoge ziektedruk: herhaal de waarnemingen drie weken na de eerste behandeling.