Startpagina Varkens

Grootschalig biovarkens houden: Back to the future

BioVar.be levert vanaf deze zomer 100  % Belgisch biologisch varkensvlees aan Colruyt Group. Zowel in Colruyt als Bio-Planet bieden het vlees aan. Om aan zulke grote orders te kunnen voldoen, richtte het bedrijf een nieuw complex van biologische varkensstallen in op een oud bedrijfsterrein in Ruiselede. De voorzieningen in de stallen gaan verder dan wat bio eist. Daarbij krijgt niet alleen dierenwelzijn, maar ook werkcomfort veel aandacht.

Leestijd : 5 min

Zonder buitenlandse leveranciers kon Colruyt Group de vraag van haar klanten naar biologisch varkensvlees niet bijhouden. Dat stootte het bedrijf tegen de borst. Het ging, samen met Belgische leveranciers Delavi en Hapro, op zoek naar Belgische varkenshouders die wilden overschakelen naar biologische kweek. Die bleken onvindbaar.

Hapro richtte toen BioVar.be op en brak vier oude varkensstallen af om ruimte te maken voor het nieuwe concept, dat bio en grootschaligheid combineert. Dit las u reeds in de krant van 11 januari, op pagina 4. Hoe het stallencomplex in elkaar zit, leest u hier.

Drachtstal

De eerste ruimte die Wim Haeck, zaakvoerder van BioVar.be, toont, zal in de toekomst de drachtige zeugen huisvesten. De stal is erg hoog, en geeft een ruime indruk. Links zijn verschillende rustzones met stro, rechts de mestzone met roostervloer. Onder de ligbedden in de rustzones zit een waterreservoir van 1.600 m³.

Een automatisch voederstation zorgt ervoor dat elke zeug in de groep een aangepaste  hoeveelheid voeder krijgt.
Een automatisch voederstation zorgt ervoor dat elke zeug in de groep een aangepaste hoeveelheid voeder krijgt. - DC

In de drachtstal zitten alle zeugen samen. Een automatisch voederstation zorgt ervoor dat ze elk een aangepaste hoeveelheid voeder krijgen. De weegunit houdt hun gewicht bij. Het separatiestation verderop merkt bijvoorbeeld hoogdrachtige zeugen op, en leidt hen in een separatieruimte. De zeugen die niet worden afgezonderd, passeren de eenheid voor berigheidsdetectie voor ze op hun terrassen buiten terechtkomen.

Over de hele muur aan de rechterzijde van de drachtstal hebben de zeugen toegang tot de buitenloop, een ruim terras geflankeerd door een weide.
Over de hele muur aan de rechterzijde van de drachtstal hebben de zeugen toegang tot de buitenloop, een ruim terras geflankeerd door een weide. - DC

Ook de betrokken beer heeft vrije uitloop, afgezonderd van de dames. “We hadden al ervaring met dit concept in gangbare systemen, in het kader van groepshuisvesting. Bovendien past het perfect in het bio-verhaal”, verklaart Haeck de keuze voor het automatisch voederstation.

Buitenloop

Rechts van de terrassen voor drachtige zeugen is weide ingezaaid. Op termijn zullen de zeugen ook daar kunnen toeven, bij goed weer. De stal staat in bosrijk gebied, dat populair is bij wandelaars. Rechts van de weide loopt zelfs een wandelpad. Daar wilden Haeck en de zijnen gebruik van maken om de wandelaars te betrekken bij hun bedrijfsvoering.

De zichtgang, te betreden vanaf een wandelpad, biedt de wandelaars een overzicht op de buitenloop en de stallen binnen.
De zichtgang, te betreden vanaf een wandelpad, biedt de wandelaars een overzicht op de buitenloop en de stallen binnen. - DC

Aan het begin van de weide staat dat wandelpad in verbinding met een zichtgang. Wandelaars kunnen die, vanaf maart, vrij betreden. Door de ramen hebben ze uitkijk over de weide en de terrassen. Omdat de zichtgang binnenin doorloopt, kunnen nieuwsgierige wandelaars verder nog een blik werpen op de drachtstal. Een beeldscherm in de zichtgang ten slotte toont camerabeelden van de kraamhokken.

Zeugenopfokstal en dekstal

Vrouwelijke biggetjes worden grootgebracht tot dekrijpe fokzeugen in de opfokstal. “We leren ze er om te gaan met het voerstation en vaccineren ze”, legt Haeck uit. De stal kan 24 biggen van zo’n 20 kg huisvesten, of negen fokzeugen van 240 dagen oud die ongeveer 140 kg wegen. De gelten gaan vervolgens naar de dekstal, net als de reeds geworpen zeugen en eventuele zeugen uit de drachtstal die berigheid vertonen.

De stallen zijn gelijkaardig opgebouwd, met dezelfde voeder- en drinkbakken,  en groene accenten in de buitenloop, voor maximale rust.
De stallen zijn gelijkaardig opgebouwd, met dezelfde voeder- en drinkbakken, en groene accenten in de buitenloop, voor maximale rust. - DC

In de dekstal gebeurt het insemineren van de zeugen zonder box. “Tot op heden hebben we daar nog geen problemen mee gehad. Een bronstige zeug heeft de eigenschap niet meer weg te lopen”, maakt Haeck zich sterk. “In het bio-verhaal is er meer aandacht voor elk individueel dier. Ze zijn rustiger. Zo gaat het makkelijker.” Maximum vier dagen na het dekken gaan de drachtige zeugen naar de drachtstal.

Kraamopfokhokken

De kraamhokken hebben een dubbele functie. Minimum 40 dagen nadat de zeug heeft geworpen, vertrekt ze naar de dekstal, terwijl de biggen in het kraamopfokhok blijven. Dat zorgt voor minder drastische veranderingen in het leven van de biggen en verzacht de speendip. De biggen kunnen voor dat moment al mee-eten met de zeug.

De zeug zelf kan vrij bewegen, zowel binnen (9 m²) als buiten (6 m²). Binnen is het hok ingestrooid met stro. Een deurtje leidt naar het terras. “Bij warm weer leggen de zeugen zich in het deurgat, natuurlijke ventilatie als het ware”, licht Haeck toe.

De biggen zijn beschermd tegen doodliggen door beugels aan beide zijden van het hok,  en een biggennestje vooraan.
De biggen zijn beschermd tegen doodliggen door beugels aan beide zijden van het hok, en een biggennestje vooraan. - DC

De biggen zijn beschermd tegen doodliggen door beugels aan beide zijden van het hok, en een biggennestje vooraan. De zeug zelf kan niet in het nestje, maar ziet haar biggetjes wel. Bij de geboorte zorgt de lamp in het biggennestje voor een temperatuur van 34 °C. Het systeem bouwt die temperatuur nadien af naar 25 °C. Ook het biggennestje vindt toepassing buiten bio, volgens Haeck: “Vooral in het buitenland zie je meer en meer gangbare varkenshouders die biggennestjes gebruiken.”

Terug naar de toekomst

“Wanneer ik dat stro zie, en de plaats die de varkens hebben, denk ik terug aan de jaren 1980-1990”, merkt één van de uitgenodigde gangbare varkenshouders op. “Ik zou zelfs zeggen jaren 1960-1970”, zegt Haeck. “Vanaf de jaren 1980-1990 zijn we een serieuze versnelling hoger geschakeld. Maar zijn aanvoelen klopt, ja.”

“In deze sector sta je constant voor de uitdaging om het telkens iets scherper te doen op kostprijs. De laatste 30 jaar zijn we als sector gedwongen geweest om het zo goedkoop mogelijk te doen, zo snel mogelijk, zo dicht mogelijk op elkaar... Op een bepaald punt komen er dan vragen: Zijn we wel goed bezig?”, schetst Haeck. “Het lastenboek van bio zegt eigenlijk: Nee, dit is niet goed. We gaan een paar stappen achteruit. Doe het op de natuurlijke manier, zoals we het vroeger gewoon waren. Geen middelen die bronst moeten stimuleren bij de zeug, geen preventieve medicatie, geen geboortes meer inleiden...”

Verder dan bio

Om de dieren gezond te houden, koos BioVar.be voor een eenmalige aanvoer van SPF-zeugen uit Denemarken. Die zijn maximaal vrij van ziektes. In de stallen wordt het materiaal hangend verplaatst, via een monorail, om ziekteversleping via de vloer te vermijden. Verder zijn de vloeren gecoat. In de mestkelders staat een schreepsysteem, dat de vaste mest met stro automatisch afvoert naar een centrale laadplaats.

Wim Haeck wijst ook op het feit dat de site water- en brandstofneutraal is. “Met het regenwater uit de grote buffers geven we de dieren te drinken en reinigen we de stallen. Op het bedrijf worden geen fossiele brandstoffen gebruikt, maar zonnepanelen en een warmtepomp. We gebruiken enkel led-verlichting.”

Vraagmarkt maakt verschil

De dieren krijgen meer ruimte en aandacht, waardoor er een pak minder op de site zitten dan op een gangbaar bedrijf. Toch moet BioVar.be economisch rendabel zijn. Hoe kan dat? “Vraagmarkt”, antwoordt Haeck kort. “We produceren wat er gevraagd wordt. Gangbaar is geen vraagmarkt meer.” Dankzij de multifunctionele kraamopfokhokken kan het bedrijf vlot omschakelen van gesloten bedrijf naar (half) open, en weer terug, al moet het in eerste instantie afmesten natuurlijk.

Waar bedrijfsleider Wim Haeck het meest trots op is? “Dat we toch bijna alles hebben kunnen doen wat we twee jaar geleden in gedachten hadden. Soms bots je op grenzen, natuurlijk, maar het project is geslaagd. Ik vind dat we in de Belgische varkenssector pionierswerk hebben verricht. We hebben stof tot nadenken gegeven. Met dit project tonen we dat we voorlopers zijn.”

DC

Startpagina Varkens Leestijd : 4 min 3 photos Chapitre Eerste biggen voor grootste biovarkensstal van BelgiëEerste biggen voor grootste biovarkensstal van België 1 photo

Lees ook in Varkens

Mobiele buitenstal verhoogt dierenwelzijn bij biologische varkens

Varkens Mobiele buitenstallen zien we in Vlaanderen doorgaans vooral voor vlees- of legkippen. Dankzij een nieuw stalsysteem kunnen nu ook zeugen met hun biggen buiten op de weide rondlopen. De biologische varkenshouderij De Vleterbeek uit Poperinge is volgens BioForum de eerste met zo’n mobiele buitenstal.
Meer artikelen bekijken