Startpagina Varkens

Innovatieve berenstal is de kers op de taart bij KI Clincke

Bart Clincke en Veerle Depreitere zijn maar wat trots op hun gloednieuwe innovatieve berenstal op hun thuislocatie in Ruiselede. KI Clincke is nu helemaal klaar voor de toekomst.

Leestijd : 8 min

KI Clincke is al meer dan 60 jaar eindbeerspecialist. Het verhaal startte in 1959 met Roger Clincke. Bart Clincke: “Mijn grootvader begon met een berenhouderij en een stamboekkwekerij. Deze beren werden verkocht aan zeugenhouders die het dier op het eigen bedrijf inzetten.

In die periode werden de beren ook van bedrijf naar bedrijf rondgereden om de bronstige zeugen te dekken, het was een soort inseminatiedienst. Op die vrachtwagen was er plaats voor 9 beren.” Paul, de oudste zoon en Barts vader, stak al op jonge leeftijd een handje toe en stapte dan ook mee in de berenhouderij in 1968.

Toen er in 1990 een uitbraak was van varkenspest, werd het verboden om met de beren rond te rijden. Het zorgde voor de doorstart van kunstmatige inseminatie (KI) bij varkens.

Paul en zijn echtgenote Christa stopten met hun eigen berenfokkerij, de zeugen werden afgevoerd. De zeugen- en mestvarkensstallen werden omgebouwd tot berenhuisvesting. Ze specialiseerden zich dus als KI-centrum.

Bart stapte in 1998 mee in dat bedrijf, het werd toen KI Clincke Paul en Bart. In 2013 nam Bart, samen met zijn echtgenote Veerle Depreitere, het bedrijf over. Van enkele beren in de beginperiode evolueerde het KI-centrum naar 350 dieren. Het koppel heeft 2 kinderen: Elena (8) en Alexander (6).

PRRS-status is belangrijk

In 2013 telde KI Clincke al zo’n 200 beren. In 2016 namen Bart en Veerle Hypor KI in Olsene over. Commercieel verantwoordelijke Wim Van Hoecke bij KI Clincke is tevens de verantwoordelijke voor TopGen KI in Olsene. “Door die overname hebben we zowel onze capaciteit als ons aanbod sterk uitgebreid”, vertelt Bart.

“De beren in Olsene zijn sinds een drietal jaar PRRS-vrij”, vertelt Wim Van Hoecke. “We deden er een volledige depop-repop met enkel PRRS-vrije dieren. We pakten eerst de ene stal aan en vervolgens de andere. Na deze switch verkregen we voor TopGen KI in Olsene het officiële PRRS-vrij-certificaat.”

Nu ook in België de meeste Piétrain-fokkers de overstap gemaakt hebben naar een PRRS-vrij-statuut, was de tijd rijp om ook in Ruiselede de omslag naar PRRS-vrij te maken. Voor KI Clincke is de evolutie naar een PRRS-negatief statuut belangrijk. Een Europese richtlijn stelt immers dat alle KI-stations in de toekomst verplicht PRRS-vrij moeten zijn.

Kiezen voor nieuwbouw

De beslissing voor een nieuwbouw berenstal hing dus ook samen met de PRRS-status. “Onze nieuwe stal ligt op een ander beslag”, legt Veerle uit. “Het was dus ook de logica dat we daar ineens PRRS-vrij zouden opstarten.”

De plannen voor die nieuwe stal dateren van 2018. Het drietal kon teren op de ervaringen van de bestaande KI-stallen in Ruiselede en Olsene. “We bezochten ook heel wat buitenlandse KI-centra. Door er met de mensen te praten kwamen we al gauw tot nieuwe inzichten, zowel goede als minder goede! Deze stal is dus de verzameling van onze eigen ervaring, gecombineerd met alle goede ideeën”, zegt Bart. In november 2020 gebeurde de eerste spade-steek en een jaar later, in november 2021, konden al de eerste beren in de nieuwbouw gehuisvest worden. Het was dus een vlotte bouwperiode. De nieuwe stal ligt schuin achter de bestaande gebouwen, maar er is – bewust – geen doorgang tussen beide locaties.

De 2 naast elkaar liggende stallen zijn verbonden met een centrale gang.
De 2 naast elkaar liggende stallen zijn verbonden met een centrale gang. - Foto: Bart Clincke

Gecompartimenteerde berenstal

De nieuwbouw meet 54 op 54 m en bestaat uit 2 naast elkaar liggende stallen met een overdekte centrale gang ertussen. Er kunnen 194 beren gehuisvest worden. Dit is naast een uitbreiding vooral een vervanging van de oudere stallen.

“We kozen voor een gecompartimenteerde stal”; legt Wim Van Hoecke uit. “De nieuwe stal telt 7 compartimenten: 5 beschikken over 32 berenplaatsen, eentje heeft 20 plaatsen en de kleinste telt 14 plaatsen. We opteerden voor deze indeling met compartimenten omwille van sanitaire redenen. Bij eventuele calamiteiten kunnen we zo bepaalde compartimenten apart houden. Dankzij de kleinere compartimenten kunnen we hier bovendien tussentijds reinigen en leegstand creëren. Dit is in een conventionele stal niet zo evident. Het geeft ons extra zekerheid!”

De berenstal werd gecompartimenteerd. De grootste afdelingen tellen 32 plaatsen.
De berenstal werd gecompartimenteerd. De grootste afdelingen tellen 32 plaatsen. - Foto: Bart Clincke

De beren beschikken over 8,5 m2 vloeroppervlakte, dat is flink meer dan wettelijk vereist is. Het vloeroppervlak wordt bedekt met 20 cm vlaslemen.

Sanitaire risico’s beperken

Op de meeste KI-centra werkt men met één centrale dekput. Het is dus een ‘kruispunt’ van beren, want alle beren worden voor hun sperma-afname naar diezelfde dekput gebracht. Bart en Veerle wilden dat in hun nieuwe stal vermijden. “We maakten een aparte dekput per compartiment”, vertelt Veerle. “Dat vergde natuurlijk extra ruimte én het zorgde voor bijkomende kosten, maar we menen dat dit de lijn voor de keuze voor compartimentering volledig doortrekt. De dekput werd ook doordacht uitgevoerd. Bij de sperma-afname staat onze werknemer lager dan de beer, dat werkt ergonomischer. Er is ook een hogedrukinstallatie voorzien, zodat telkens alles perfect gereinigd kan worden.”

De dekput werd ergonomisch uitgevoerd. Het sperlma gaat via een ondergronds buizenpostsysteem naar het laboratorium.
De dekput werd ergonomisch uitgevoerd. Het sperlma gaat via een ondergronds buizenpostsysteem naar het laboratorium. - Foto: Bart Clincke

Bovendien is iedere dekput voorzien van een vertrekpunt van ons buizenpostsysteem. “Het sperma wordt gevangen in een recipiënt en ‘vliegt’ vervolgens met een druk op de knop in een 30-tal seconden ondergronds naar het laboratorium in ons oorspronkelijke gebouw”, vervolgt Veerle. “Er is immers geen rechtstreeks ‘verkeer’ mogelijk, noch toegelaten, tussen de aanpalende sites. Het is sanitair gezien optimaal en het bevordert bovendien de arbeidsefficiëntie.”

Overdruk in de stal

Om de ziektedruk zo laag mogelijk te houden, is de stal ook uitgerust met een filtersysteem. Alle inkomende lucht wordt gecentraliseerd, geklimatiseerd en vervolgens via 6 turbines door 3 verschillende filterlagen in het luchtkanaal geduwd. De stal werd uitgerust met PAD-cooling. “Dat zal vooral in de zomer nuttig zijn”, legt Bart uit. “De beren vertoeven idealiter in een stal van 20 °C. Een gematigd klimaat is ideaal voor de beren en dus voor het sperma.”

De stal staat te allen tijde op overdruk, zodat er nooit ongefilterde lucht de stal kan binnentreden.

Hygiëne voorop

Bij KI Clincke wordt een strikt hygiëneprotocol gehanteerd. Bart: “Dat is voor iedereen geldig, dus zowel voor onze werknemers als voor de dierenarts of andere erfbetreders die de stal moeten betreden. Dat vermijden we trouwens zoveel mogelijk, maar onze dierenarts moet sowieso maandelijks bloedafnames doen. Iedereen moet door de sanitaire sluis. Die wordt volledig automatisch aangestuurd. Bij het betreden van de sluis vergrendelt de deur en begint de douche automatisch te lopen. Alles – bijvoorbeeld inzepen en spoelen – verloopt met een vaste timing. Pas nadien zal de tweede deur geopend kunnen worden. Daar moet vervolgens bedrijfseigen kledij aangetrokken worden.”

Quarantaine en desinfectie zijn vandaag voor vele mensen ‘gewone’ begrippen geworden door de coronamaatregelen. Bij KI-Clincke – en bij heel wat van hun collega’s – is die praktijk al heel lang gangbaar. “Zoals aangehaald, zuiveren we de inkomende lucht en personen moeten door het sanitaire sas. Nieuwe materialen plaatsen we in een cool down- ruimte. Onze voorraad vlaslemen, het strooisel in de berenhokken, blijft er minimaal 3 weken liggen voor we het gebruiken. Kleinere materialen worden in een UV-kast in de sanitaire sluis gedesinfecteerd vooraleer ze de stal in mogen. Als KI-centrum dragen wij immers een grote verantwoordelijkheid voor de rest van de keten, dus bij onze klanten. Hoe meer wij de risico’s op ziekteoverdracht kunnen beperken, hoe beter.”

De technische ruimte is, net als de opslagruimte, van buitenaf toegankelijk, maar is fysiek helemaal afgescheiden van de beren. Bart en Veerle hebben er ook over nagedacht hoe ze hun klanten veilig kunnen ontvangen. “Onze klanten kunnen via een aparte kijkgang een blik werpen op de showroom. Ze kunnen de beren door het glasraam beoordelen. Na het bezoek wordt de gang uitgebreid gereinigd.”

Ook nieuwe beren krijgen een strikte quarantaineperiode opgelegd. Na aankomst moeten ze minimum 4 weken in quarantaine verblijven. De beren komen pas na gunstige testresultaten naar de nieuwe berenstal.

Uitgekiend uitmesten

Hiermee is de kous nog niet af. Bart en Veerle gingen nog een stapje verder om de bioveiligheid te garanderen. “Het uitmesten van een KI-stal is altijd een kritisch moment inzake bioveiligheid. De overdruk moet immers gegarandeerd blijven en dit lukt niet met open deuren”, vertelt Bart.

Om dat dilemma op te lossen dokterden Bart, Wim en de constructeurs een systeem uit om zelfs tijdens het uitmesten de overdruk in de stal te behouden door dit met gesloten deuren te doen. “We plaatsten in een aparte zone in de stal een stortbak in inox. We kiepen de mest in de stortbak. Die mest belandt nadien, met behulp van een vijzel doorheen de muur, in een container of kipwagen buiten de stal.” Bart en Veerle vroegen voor dit systeem VLIF-innovatie-steun aan. Het innovatieve systeem dat de bioveiligheid garandeert, werd goedgekeurd.

Bart en Veerle kregen VLIF-steun voor hun uitgedokterde uitmestsysteem. Een vijzel brengt de mest van binnen naar buiten.
Bart en Veerle kregen VLIF-steun voor hun uitgedokterde uitmestsysteem. Een vijzel brengt de mest van binnen naar buiten. - Foto: Bart Clincke

“In de stal gebruiken we een kniklader voor het uitmesten”, vervolgt Bart. “Bij het dimensioneren van de stal hielden we dus ook rekening met de benodigde manoeuvreerruimte van dit werktuig. De kniklader blijft door het vernuftig uitmestsysteem sanitair ‘veilig’. De machine verlaat deze stal immers niet. Kortom, dankzij dit uitmestsysteem kunnen we de compartimenten regelmatig – en met een gerust hart – uitmesten.”

Uitgebreid aanbod

KI Clincke beschikt over een grote portfolio met beren met een hoge gezondheidsstatus. “Sperma van Belgische Piétrainberen is nog steeds erg gegeerd bij de Vlaamse varkenshouders. Dit ras blijft dus een groot aandeel van ons aanbod uitmaken. Deze Piétrainberen kopen we zowel bij VPF als bij Belpi. We ervaren wel al enkele jaren dat de klanten een grotere variatie wensen in de berenkeuze”, vertelt Bart. “Naast Belgische Piétrain beschikken we over eindberen met Hypor-genetica, de Maxter- en Magnus Duroc-lijn ,alsook alle Hypor-zeugenlijnberen voor België”, gaat Wim Van Hoecke verder. “Deze beren komen van selectiebedrijven in Frankrijk, Spanje en Duitsland. We bieden ook German Piétrains van German Genetic en Maximus van RA SE Genetics aan. In mei 2021 namen we KI Ponsaert in Langemark-Poelkapelle over. Hierdoor hebben we ook de RA-SE Genetics zeugenlijnberen in huis. Sinds begin dit jaar breidde de keuze nog uit met de DB77-eindbeer van het Duitse BHZP.”

Het aanbod is dus groot. “Dat is ook nodig”, benadrukt Wim Van Hoecke. “We begeleiden onze klanten bij hun spermakeuze. We zoeken mee naar bedrijfsspecifieke oplossingen. De ene klant zoekt een groeibeer, de andere wil een goede voederconversie en nog een andere kiest voor betere vleeskwaliteit.” “Heel wat vermeerderingsbedrijven hanteren bovendien een meerwekensysteem”, vult Veerle aan. “Dat zorgt voor welbepaalde piekmomenten en dat is alleen mogelijk met een bepaalde omvang en met een goede planning.”

Naast sperma-afhaaldepots in Ruiselede, Olsene en Poelkapelle, kunnen de klanten rekenen op een eigen uitgebreide afleverservice. Veerle: “We leveren 6 dagen op 7 in West- en Oost-Vlaanderen en 5 dagen op 7 in de rest van het land.”

Professionele service

Bart, Veerle en Wim zijn ook ongerust over de huidige varkenscrisis. Bart: “We hopen weliswaar op een ommekeer. Onze klanten zijn erg professioneel en kiezen voor de toekomst... als ze mogen en kunnen. Het is daarom erg belangrijk dat wij kunnen tegemoetkomen aan hun vragen en vereisten. We moeten vooruitziend zijn en aanvoelen wat de markt vraagt. Een persoonlijke service is daarbij ontzettend belangrijk. We moeten zorgen voor sperma van uitstekende kwaliteit, zodat op ons deel van het verhaal niets aan te merken is. Daarom vinden we het belangrijk om te blijven vernieuwen en te investeren in de nieuwste technieken, zoals nu in de nieuwe berenstal.”

Anne Vandenbosch

Lees ook in Varkens

Mobiele buitenstal verhoogt dierenwelzijn bij biologische varkens

Varkens Mobiele buitenstallen zien we in Vlaanderen doorgaans vooral voor vlees- of legkippen. Dankzij een nieuw stalsysteem kunnen nu ook zeugen met hun biggen buiten op de weide rondlopen. De biologische varkenshouderij De Vleterbeek uit Poperinge is volgens BioForum de eerste met zo’n mobiele buitenstal.
Meer artikelen bekijken